Begin maart kom ik in contact met zijn tweelingzus die niet in de buurt woont. We spreken af dat we elkaar gaan ontmoeten op 16 maart. Nog niet wetend dat op die dag corona allesbepalend is. Toch ontmoeten we elkaar, al wandelend in de buitenlucht. En weer ben ik onder de indruk van de bijzondere ontmoeting. Tegelijkertijd bespreken we hun zorgen, hoe ze het afscheid kunnen gaan invullen, nu veel van zijn en hun wensen niet meer mogelijk zijn door de genomen maatregelen. We verkenden andere mogelijkheden en lieten die ook weer rusten. We weten immers nog niet hoe het de komende tijd vergaat.
In de periode die volgt zijn hij en zijn dierbaren met een intens proces van afscheid nemen bezig, waarbij ieder bezoek weer het laatste afscheid lijkt te zijn en het toch steeds niet is. Aan de zijlijn blijf ik steeds betrokken en heb diepe bewondering hoe hij en zijn naasten, ieder op zijn of haar eigen manier, dit proces doormaken. Het proces wat veel langer duurde en anders verliep dan verwacht. Terwijl in de wereld om hen heen ook weinig meer vanzelfsprekend was.
Begin mei ‘mocht’ hij eindelijk gaan en heeft hij zijn jasje uitgedaan. Zijn dierbaren hadden hem graag nog bij zich willen houden maar gunnen hem tegelijkertijd zo dit einde van zijn lijden. In de dagen die volgen vullen zij met elkaar een passend laatste afscheid in, als afsluiting van het proces van afscheid nemen. Een afscheidsdienst, waarin we met betekenisvolle woorden recht doen aan wie hij was en troostrijke rituelen vorm krijgen. De afscheidsdienst is een markering in hun levens, om daarna verder te gaan zonder hem én met hem. En voor altijd mee te nemen wat hij in hun levens heeft gebracht. We sluiten af met woorden die hij zelf koos:
Leef met de gedachte
dat het begin geen einde is
maar het einde
het begin van alles
Het is het einde van de middag, mooi en warm weer. We gebruiken de weidsheid om in een hele grote kring een toast op hem uit te brengen met zijn favoriete drankje. De kikkers kwaken luidkeels mee. We sluiten warm en lichtvoetig af, zoals bij hem past.
Zijn dierbaren vertellen mij later dat ze erg blij zijn met mijn begeleiding, en ook blij verrast zijn met mijn persoonlijke inbreng tijdens de dienst. Zijn tweelingzus schrijft mij: “Dat maakte dat je heel dichtbij was. We hoorden dit ook terug van de mensen die de uitzending meekeken… je bent een bijzonder uitvaartondernemer!”
En ik? Ik voel me vooral bijzonder dankbaar dat ik dit unieke proces van hem en zijn dierbaren van de zijlijn heb mogen ervaren en begeleiden. Hoe verdrietig de omstandigheden ook zijn, ik ben blij dat ik simpelweg kan werken vanuit mijn hart!